Waarom zijn het juist Franse liederen die in mijn hoofd blijven zitten? Vandaag was het L’été Indien van Joe Dassin, zoals al eerder Cent Mille Chansons van Frida Boccara. Is het omdat ze mysterieus blijven omdat ik de tekst niet helemaal kan volgen?
Ik denk we dat dat een van de oorzaken is. Afijn hier is de tekst en de vertaling:
Tu sais, je n`ai jamais été aussi heureux que ce matin-là nous marchions sur une plage un peu comme celle-ci c`était l`automne, un automne où il faisait beau une saison qui n`existe que dans le Nord de l`Amérique Là-bas on l`appelle l`été indien mais c`était tout simplement le nôtre avec ta robe longue tu ressemblais à une aquarelle de Marie Laurencin et je me souviens, je me souviens très bien de ce que je t`ai dit ce matin-là il y a un an, y a un siècle, y a une éternité on ira où tu voudras, quand tu voudras et on s`aimera encore, lorsque l`amour sera mort toute la vie sera pareille à ce matin aux couleurs de l`été indien aujourd`hui je suis très loin de ce matin d`automne mais c`est comme si j`y étais je pense à toi où est tu? que fais-tu? est-ce que j`existe encore pour toi? je regarde cette vague qui n`atteindra jamais la dune tu vois, comme elle je me couche sur le sable et je me souviens je me souviens des marées hautes du soleil et du bonheur qui passaient sur la mer il y a une éternité, un siècle, il y a un an on ira où tu voudras, quand tu voudras et on s`aimera encore, lorsque l`amour sera mort toute la vie sera pareille à ce matin | Weet je, ik was nooit zo gelukkig als deze morgen We wandelden op een strand dat leek als dit Het was in de herfst, een zonnige herfstdag Een seizoen als dit bestaat enkel in Noord-Amerika Daar noemen ze dat een Indiaanse zomer Maar het was gewoon het onze Met je lange jurk leek je op een aquarel van Marie Laurencin En ik herinner, ik herinner me zeer goed wat ik u vertelde die morgen Het is een jaar, een eeuw, een eeuwigheid geleden We zullen gaan waarheen je wilt, wanneer je wilt En we zullen elkaar nog steeds liefhebben wanneer de liefde dood zal zijn Ons hele leven zal hetzelfde zijn als deze morgen in de kleuren van de Indiaanse zomer Vandaag ben ik ver weg van deze herfstmorgen maar het voelt alsof ik er was. Ik denk aan jou Waar ben je? Wat doe je? Besta ik nog voor jou? Ik kijk naar deze golf die nooit de duin zal bereiken Je ziet, zoals ik me neerleg op het zand en ik herinner mij, ik herinner mij de hoge golven zon en geluk verdwenen op de zee Het is een eeuwigheid, een eeuw, een jaar geleden, We zullen gaan waarheen je wilt, wanneer je wilt En we zullen elkaar nog steeds liefhebben wanneer de liefde dood zal zijn Ons hele leven zal hetzelfde zijn als deze morgen |
Joe Dassin
Dassin wordt in 1938 in New York geboren. Wanneer zijn vader – regisseur Jules Dassin – in de jaren vijftig verdacht wordt van communistische sympathieën, wordt het gezin Dassin gedwongen te verhuizen. Na gestudeerd te hebben in Zwitserland en Italië keert Joe weer terug naar de VS om zijn studie af te maken. Toch keert hij in de jaren zestig terug naar Europa en nestelt zich uiteindelijk in Frankrijk waar hij via een baantje bij de radio in de muziek belandt.
Hits
Zijn grootste hits had hij in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw. Zijn eerste hit in Nederland is ‘Les Champs Elysees’ in 1969. Dat numer verschijnt ook in een Duitse en Engelse versie en blijkt een internationaal succes. Dassin weet vaker de hitparades te bereiken met zijn Franstalige nummers; ook ‘L’été Indien’ wordt hier in 1975 een hit en verschijnt in het buitenland in onder andere Duitse, Italiaanse en Spaanse versies.
Hartaanval
Dassin kampt gedurende zijn leven met hartproblemen, maar de hartaanval die hem in 1980 treft, terwijl hij op vakantie is in Tahiti, wordt hem fataal en hij overlijdt op 41-jarige leeftijd.
Marie Laurencin
De vraag blijft nu ook nog: waarom deed de lange jurk van zijn lief hem denken aan een aquarel van Marie Laurencin? Ik had nog nooit van haar gehoord en ben dus het internet op gegaan.
Marie Laurencin was een Franse schilderes en graficus geboren op 31 oktober 1883 in Parijs. Ze was een van de prominente figuren in de vroege 20e-eeuwse Parijse kunstscène en speelde een belangrijke rol in de ontwikkeling van het kubisme en het surrealisme. Laurencin is vooral bekend om haar delicate, dromerige schilderijen van vrouwen, vaak afgebeeld in zachte pastelkleuren en met langgerekte, etherische trekken.
Laurencin begon haar artistieke opleiding aan de Académie Humbert in Parijs, waar ze studeerde onder leiding van de schilder Henriette Tirman. Later woonde ze de prestigieuze Académie de la Grande Chaumière bij, waar ze verschillende invloedrijke kunstenaars ontmoette en hechte relaties opbouwde, waaronder Pablo Picasso, Georges Braque en Guillaume Apollinaire.
Tijdens de vroege jaren 1900 werd Laurencin een prominent lid van de avant-garde kunstbeweging in Montmartre, Parijs. Haar werk vertoonde een unieke mix van invloeden, geïnspireerd door het fauvisme1, het kubisme2 en de opkomende beweging van het surrealisme. Haar artistieke stijl werd gekenmerkt door de focus op de vrouwelijke vorm, waarbij vrouwen werden voorgesteld als gracieuze en raadselachtige figuren, vaak omringd door bloemen of dieren.
Laurencin’s schilderijen verkenden vaak thema’s als liefde, vriendschap en sensualiteit. Ze schilderde haar onderwerpen met een gevoel van onthechting en ambiguïteit, waardoor haar werken een sfeer van mysterie en intriges kregen. Haar kunst legde de essentie van vrouwelijkheid vast en vervaagde vaak de grenzen tussen realiteit en fantasie.
Naast schilderen blonk Laurencin ook uit in prentkunst en produceerde ze gedurende haar hele carrière talloze litho’s en etsen. Ze werkte samen met de gerenommeerde kunstuitgeverij Ambroise Vollard en illustreerde boeken van bekende auteurs als Paul Verlaine en André Gide.
De bijdragen van Marie Laurencin aan de kunstwereld werden tijdens haar leven erkend. Ze nam deel aan verschillende grote tentoonstellingen, waaronder de Salon des Indépendants en de Salon d’Automne. Haar werk was ook te zien op solotentoonstellingen in Parijs, Berlijn en New York.
Ondanks haar succes vervaagde de reputatie van Laurencin enigszins in de latere jaren van haar leven. Ze bleef echter kunst maken en schilderles geven tot aan haar dood op 8 juni 1956 in Parijs. Tegenwoordig wordt het werk van Marie Laurencin geprezen om zijn unieke stijl en zijn verkenning van vrouwelijkheid, waardoor ze een belangrijke figuur is in de geschiedenis van de moderne kunst.
De stijl van Marie Laurencin werd ook wel het ‘nimfisme’ genoemd en overstijgt zowel het fauvisme1 als het kubisme2. Samen met andere grote kunstenaars uit die tijd, zoals Georges Braque, Pablo Picasso en Henri Matisse, was zij een van pioniers van zowel het kubisme als het dadaïsme3.
1 Het fauvisme is een uit Frankrijk afkomstige expressionistische stroming in de schilderkunst die begin 20e eeuw ontstond. Het fauvisme kenmerkt zich door het gebruik van felle, nauwelijks gemengde kleuren. De stroming staat aan het begin van de moderne kunst en vond haar voortzetting in de schilderkunst van de 20e eeuw. Het hoogtepunt bereikte de stroming tussen 1898 en 1908.
2 Het kubisme is een stroming binnen de moderne kunst van het begin van de 20e eeuw. Het is een van de vier grote schilderstijlen (naast het dadaïsme, het expressionisme en de abstracte kunst) in de Europese schilderkunst van de 20e eeuw. Het kubisme vierde zijn hoogtijdagen als avant-gardekunststroming in de periode van 1906 tot circa 1920.
3 Het dadaïsme of kortweg dada was een culturele beweging die tijdens de Eerste Wereldoorlog ontstond in Zürich, in het neutrale Zwitserland. De beweging was ergens tussen 1916 en 1920 op haar hoogtepunt. De kunstenaars van dada hielden zich bezig met mengvormen van beeldende kunst, poëzie, theater en grafisch ontwerp.