Wat is het Voynich manuscript?

Het Voynich manuscript is geschreven op perkament, en onderzoek van het perkament dateert de pagina’s rond de 15e eeuw. Perkament is een dierenhuid of membraan dat bewerkt is om op te schrijven. Meestal zijn ze gemaakt van kalfshuid als het een werk van hoge kwaliteit is, hoewel ze ook van schapen- en geitenhuid kunnen zijn gemaakt. Veel codexen, ook wel manuscriptboeken genoemd, bevatten religieuze, historische of mythologische verhalen, maar ook vroege vormen van fictie.

De genaaide vorm van het boek had eerdere, opgerolde rollen of gekraste was-tabletten vervangen. In tegenstelling tot andere teksten die in de loop der jaren zijn ontcijferd/gelezen, heeft de Voynich tekst degenen die hem hebben geprobeerd te lezen en te bestuderen, voor een raadsel gesteld. Hoewel de pagina’s versieringen en illustraties van verschillende planten bevatten, is het zelfs onbekend waar de tekst over gaat. Is het wetenschappelijk? Magisch? Een soort fabel? Zelfs de taal of code waarin het geschreven is, is onbekend.

Velen beschouwen het als een soort uitleg over planten vanwege de uitgebreide decoraties op elke pagina. Andere pagina’s bevatten vrouwenfiguren en -figuren in rood en blauw die op bloemen lijken. Er zijn ook astrologische symbolen. Sommige pagina’s ontbreken in het boek.

Waar werd het manuscript gevonden?

Zoals gezegd, weten we dat het manuscript dateert uit het begin van de 15e eeuw. Er is echter geen enkele aanwijzing over de creatie ervan of wie het heeft gedecoreerd. Het manuscript verschijnt en verdwijnt door de geschiedenis heen, van de bibliotheek van keizer Rudolf II van het Heilige Roomse Rijk tot een geheime verkoop van boeken in 1903 door de Sociëteit van Jezus in Rome.
Het manuscript is vernoemd naar Wilfrid Voynich, die het boek in 1912 in Italië tegenkwam. Hij was een handelaar in zeldzame boeken en wist dat er iets bijzonders aan was.
De eerste bevestigde eigenaar, volgens de documentatie, was een alchemist in Praag, Georg Baresch. Wie het in de loop der jaren nog meer in zijn bezit heeft gehad, is onduidelijk. Het boek kwam in 1969 in de Beincecke Rare Book and Manuscript Library van Yale University terecht. Het werd later, in 2020, online gedigitaliseerd, zodat anderen de pagina’s kunnen bestuderen en van hun schoonheid kunnen genieten.

Wat staat er in het manuscript?

Op basis van het onderwerp van de tekeningen valt de inhoud van het manuscript uiteen in zes secties:

  • botanische afbeeldingen met tekeningen van 113 niet-geïdentificeerde plantensoorten;
  • astronomische en astrologische tekeningen, waaronder sterrenbeelden met stralende cirkels, zonnen en manen, dierenriemsymbolen zoals vissen (Vissen), een stier (Stier) en een boogschutter (Boogschutter), naakte vrouwen die uit pijpen of schoorstenen komen, en hoffiguren;
  • een biologische sectie met een groot aantal tekeningen van miniatuur naakte vrouwen, de meeste met gezwollen buiken, ondergedompeld of wadend in vloeistoffen en op vreemde wijze in wisselwerking met onderling verbonden buizen en capsules;
  • een uitgebreide reeks van negen kosmologische medaillons, waarvan vele over meerdere gevouwen folio’s zijn getekend en mogelijke geografische vormen afbeelden;
  • farmaceutische tekeningen van meer dan 100 verschillende soorten medicinale kruiden en wortels, afgebeeld met potten of vaten in de kleuren rood, blauw of groen, en
  • doorlopende pagina’s met tekst, mogelijk recepten, met stervormige bloemen die elke vermelding in de marge markeren.

Is de Voynich code inmiddels gekraakt?

Nou nee, eigenlijk niet. Velen hebben het geprobeerd en beweerden het te hebben opgelost, of in ieder geval delen ervan, hoewel anderen deze bevindingen altijd hebben betwist. Tegenwoordig is het manuscript online in te zien, waardoor wetenschappers het kunnen blijven proberen. Net als de Steen van Rosetta kan het lang duren om te ontcijferen wat er staat, maar misschien wordt het ooit gelezen.

Zowel professionele als amateur codekrakers, taalkundigen en cryptografen uit verschillende landen hebben geprobeerd de code te kraken. Onder hen zijn Prescott Currier, een marineofficier die tijdens de Tweede Wereldoorlog diende, en Elizabeth Smith, die als cryptoanalist voor het leger werkte tijdens de oorlog en bekendstaat als “Amerika’s eerste vrouwelijke cryptoanalist“.
Afgezien van het wetenschappelijke onderzoek naar de fysieke kenmerken van het document zoals het perkament of de inkt, is men het eens dat het manuscript door meer dan één persoon lijkt te zijn geschreven.

Het is ook met AI geprobeerd en dat heeft nieuwe inzichten opgeleverd, maar AI is er nog niet in geslaagd de tekst volledig te ontcijferen. Wel heeft het patronen en structuren geïdentificeerd die ons dichter bij een oplossing zouden kunnen brengen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *