Een leraar gaf elke leerling een ballon, die ze moesten opblazen, hun naam erop schrijven en hem in de gang gooien. De leraar zorgde er vervolgens voor dat de ballonnen goed door elkaar kwamen. Daarna kregen de leerlingen 5 minuten de tijd om hun eigen ballon te vinden.
Ondanks een verwoede zoektocht vond niemand zijn ballon.
Toen zei de leraar tegen de leerlingen dat ze de eerste de beste ballon die ze vonden moesten nemen en geven aan de persoon wiens naam erop stond.
Binnen 5 minuten had iedereen zijn eigen ballon.
De leraar zei toen:
“Deze ballonnen zijn als geluk. We zullen het nooit vinden als iedereen alleen maar zijn eigen geluk zoekt. Maar als we zorgen voor het geluk van anderen, zullen we ook ons eigen geluk vinden.“
Deze wijze les doet me weer denken aan een andere vindplaats van geluk:
“Je vindt het geluk daar waar je het zelf hebt gebracht.”