De Egyptische farao Achnaton

Het heeft me altijd verbaasd dat we op de middelbare school in de geschiedenislessen niet meer te horen kregen over een cultuur die duizenden jaren stand hield: de farao tijd in Egypte.

Ik lees nu een boek over een merkwaardige episode in die 3000 jaar: “De wrake Gods” van Graham Phillips uit 1998.

Meer dan 3000 jaar geleden zag het oude Egypte, met zijn ontelbare goden en godinnen, de oprichting van twee monotheïstische religies binnen een eeuw na elkaar. De ene wordt geassocieerd met Mozes, de Bijbel en het geloof van het oude Israël, dat de basis vormt van het jodendom en het christendom.
De andere kwam rond 1350 v.Chr. op het toneel, bloeide even en werd toen overschaduwd toen de stichter stierf in 1336 v.Chr. We noemen die religie Atenisme of Atonisme. Waar kwam het vandaan? En waarom bleef ’s werelds eerste monotheïsme niet bestaan? Waarom was er plotseling behoefte aan een monotheïstische religie?

Met die vragen is de auteur aan de slag gegaan en hij gebruikt als aanleiding de merkwaardige omstandigheden rondom de vondst van “Graftombe 55” (graf DK 55) die in 1907 in Egypte, in de Vallei der Koningen, werd ontdekt. De mummie die daar werd gevonden, is volgens de schrijver1 Semenchkare, de broer (en voorganger als farao) van Toetanchamon te zijn. De wijze waarop Semenchkare was gemummificeerd en de manier waarop het graf was vorm gegeven stond haaks op de gebruiken in die tijd en was gedaan op bevel van Toetanchamon zelf.

Maar over Semenchkare bestaan ook andere veronderstellingen, zie verder op.

Egyptische graven uit die tijd werden altijd gebouwd met één doel: het buiten houden van indringers. Maar niet bij Graftombe 55: in plaats van indringers buiten te houden, suggereerde de bouw en inrichting ervan dat er iets of iemand binnen gehouden moest worden!

Opmerkelijk was bijvoorbeeld dat alle aanwijzingen waaruit op te maken viel wie er begraven lag, zorgvuldig waren verwijderd. En volgens het toenmalige geloof kon iemand het hiernamaals niet binnentreden als onbekend was wie hij was. Degene die in Graftombe 55 begraven was, werd dus niet geacht “over” te gaan, maar voor altijd in de tombe te blijven. Dat lijkt er op te duiden dat diegene een misdaad begaan heeft die niet op “normale” wijze bestraft kon worden.

Sarcofaag uit Graftombe 55

Ongeveer halverwege de 14e eeuw v.Chr. heeft Toetanchamon zijn broer beroofd van zijn grafrechten en -attributen en hem daarmee vervloekt. En of dat niet genoeg was is zijn broer ook nog eens als vrouw2 afgelegd (niet met gekruiste armen over de borst, zoals voor mannen gebruikelijk was).

Maar blijkbaar is het allemaal niet in dank afgenomen door hun opvolgers, want zowel Semenchkare als Toetanchamon zijn verwijderd van de Koningslijsten3. Ook hun vader, Achnaton vinden we niet terug op de latere Koningslijsten.

Achnaton

Fararo Achnaton werd ook Amenhotep IV, Echnaton of Akhenaten (of andere schrijfvarianten) genoemd en was een farao van de 18e dynastie van het Oude Egypte. Hij was een zoon van Amenhotep III (ca. 1388 – 1351 v.Chr.) en koningin Teje.

Achnaton

Op afbeeldingen (zoals hierboven) en beelden wordt hij altijd weergegeven met een extreem lang gezicht en extreem lange nek. Ook zijn benen zijn volledig uit proportie.

De farao is bekend geworden vanwege zijn vrouw (en nicht) Nefertiti en de introductie van het monotheïsme in Egypte. Zijn zoons Toetanchamon en Semenchkare kreeg hij bij zijn bijvrouw Kiya.

Nefertiti (buste in Neues Museum Berlijn)

Nefertiti

De huidskleur en de vorm van het gezicht in de buste hierboven doen vermoeden dat Nefertiti een Kaukasische achtergrond had. Ook de vertaling van haar naam ‘de mooie is gekomen’, doet vermoeden dat zij vanuit het buitenland naar Egypte is gekomen. De schrijver doet de suggestie dat Nefertiti een Minoïsche4 prinses was.

Koningin Neferneferoeaton Nefertiti staat afgebeeld in een aantal graftombes van hoge ambtenaren, zowel in Luxor als in Tell el-Amarna. Ze draagt daarbij verschillende kronen, maar nooit de traditionele gierenkap. Die hoofdtooi werd geassocieerd met de godin Moet, de vrouw van de inmiddels gehate god Amon en was dus niet meer acceptabel om weer te geven. Vanaf het begin van de regering van Achnaton wordt Neferneferoeaton Nefertiti met haar eigen kenmerkende kroon uitgebeeld. Het is een cylindrische blauwe kroon, met een platte top, waarbij de kleur doet denken aan de blauwe chepresj-kroon van de farao’s.

Achnaton en Nefertiti aanbidden Aton

Het koningspaar had zes dochters: Meritaton, Maketaton, Anchesenpaäton (later Anchesenamon), Neferneferoeaton Tasjerit, Neferneferoera en Setepenra. De eerste drie zijn geboren voor het vijfde of zesde regeringsjaar van Achnaton. Dit blijkt uit hun afbeeldingen op reliëfblokken uit de Gempaäton, de grote Atontempel ten oosten van Karnak. De geboortejaren van de andere drie dochters zijn te herleiden aan de schrijfwijzen van hun naam en zij zijn respectievelijk in regeringsjaar negen, jaar tien of elf en jaar twaalf geboren. In Tell el-Amarna in het graf van Meryra II zijn ze alle zes afgebeeld bij een groot festival dat plaatsvond in het 12de regeringsjaar ter ere van het koninklijke echtpaar. Kort daarna sterft Maketaton. Ook Neferneferoeaton Tasjerit, Neferneferoera en Setepenra verdwijnen daarna uit beeld.

De Belgische egyptologe Athena Van der Perre heeft in 2012 inscripties onderzocht in een steengroeve te Deir el-Bersjeh bij Tell el-Amarna. Ze ontdekte dat er ook in het 16de regeringsjaar van farao Achnaton nog sprake is van Neferneferoeaton Nefertiti als de echtgenote van de koning. Daarmee lijkt het erop dat er nog geen sprake is van een co-regentschap tussen Achnaton en Neferneferoeaton. De koningin wordt namelijk in deze tekst aangeduid als ‘grote koninklijke echtgenoteNeferneferoeaton Nefertiti
Deze nieuwe informatie suggereert dat het minimum aantal van drie jaren waarin Nefertiti onder de naam Anchcheperoera Neferneferoeaton als koningin heeft geregeerd, pas heeft plaatsgevonden na het 16de regeringsjaar van Achnaton. Dit hoeft echter niet zo te zijn. Verschillende titels, namen en epitheta voor Nefertiti werden naast elkaar gebruikt.

Tempel van Karnak

Het eerste fysieke bewijs van de regeerperiode van Amenhotep IV is het voltooien van de decoratie van de derde pyloon (toegangspoort) in de tempel van Karnak. Hij was toen al getrouwd met Nefertiti en had samen met haar al minstens één dochter gekregen. Er zouden er nog vijf volgen. Later zou een vrouw met de naam Kiya de andere geliefde echtgenote van de koning worden.

Tijdens de eerste vijf regeringsjaren bouwde Amenhotep IV vier grote tempels in de omgeving van de tempel van Karnak. Alle bouwwerken waren gewijd aan de godheid Aton. In het begin werd deze afgebeeld als een god met een valkenkop, later als een schijf met schuine lijnen die de zonnestralen voorstellen. Deze stralen werden beschouwd als armen die eindigen in handjes die alles omvatten wat door de zon werd beschenen.

Ingang van de Tempel in Karnak

Breuk met traditie

Amenhotep IV deed een poging om de god Aton belangrijker te laten worden dan de andere Egyptische goden. Dit was een enorme breuk met de oude tradities. Deze breuk zorgde ervoor dat de koning in conflict kwam met de priesters van Amon.
Dit conflict werd door hem bezworen door Thebe te verlaten en een nieuwe hoofdstad te stichten. Deze plaats noemde hij ‘Achetaton’, ofwel ‘de horizon van de Aton’. Tegenwoordig staat deze plaats bekend als Tell el-Amarna. Wanneer de koninklijke familie precies naar Achetaton verhuisde, is niet bekend, maar het vond waarschijnlijk vlak voor het 6de regeringsjaar plaats. De breuk tussen Amenhotep IV en de godheid Amon werd benadrukt doordat hij zijn naam veranderde in Achnaton, ofwel ‘hij die nuttig is voor Aton’.

Aton in plaats van Amon

Het was waarschijnlijk ook in deze periode dat de opdracht werd gegeven om overal in Egypte de naam en afbeeldingen van Amon te vernietigen.
Er is weinig bekend over specifieke gebeurtenissen uit de regering van Achnaton. Een uitzondering wordt gevormd door de ‘durbar’, een grootse viering die plaatsvond in het 12de regeringsjaar. Uit verre landen kwamen delegaties met tribuutgaven aan Achnaton en zijn godheid Aton.
Kort daarna ging het bergafwaarts in Achetaton. Prinses Maketaton, de tweede dochter van Achnaton en Nefertiti, overleed.
Waarschijnlijk was kort daarvoor ook al zijn geliefde echtgenote Kiya gestorven. Haar voorstellingen werden vervangen door die van de oudste dochter Meritaton.
Over de positie van Nefertiti vanaf die periode bestaat veel onduidelijkheid. Het is goed mogelijk dat zij vanaf het 14de regeringsjaar van Achnaton onder de koningsnaam Neferneferoeaton als co-regent naast haar echtgenoot regeerde.
Achnaton overleed in zijn 17de regeringsjaar en werd begraven in een graf in een van de wadi’s in de heuvels buiten Achetaton. Onder Toetanchamon werd de cultus voor de god Amon weer in ere hersteld.

Semenchkare

Semenchkara was de elfde vorst van de 18de dynastie volgens de Koningslijst en kan worden beschouwd als de opvolger van Achnaton. Binnen de egyptologie lopen de meningen over de identiteit van deze farao sterk uiteen. Verscheidene anonieme reliëfvoorstellingen uit Tell el-Amarna tonen twee vorsten die elkaar liefdevol benaderen. Lang is men er daarom vanuit gegaan dat Semenchkara een man is geweest en dat Achnaton een homoseksuele relatie met hem zou hebben gehad.
De Britse egyptoloog John Richard Harris veronderstelde echter in 1973 als eerste dat Semenchkara niemand anders is dan Nefertiti. De troonnaam van Semenchkara luidt immers Anchcheperoera en werd eerder al door de co-regentes van Achnaton, Neferneferoeaton, gedragen. Deze theorie werd in 1990 onderschreven door de Britse egyptoloog Nicholas Reeves.

De meest recente opvatting veronderstelt dat Nefertiti rond het 15de regeringsjaar co-regentes van Achnaton werd. Zij deed dit onder de troon- en geboortenaam Anchcheperoera Neferneferoeaton.
Na drie jaar verdween zij echter van het toneel en kwam Anchcheperoera Semenchkara er voor in de plaats. Toevoegingen met een verwijzing naar Achnaton als liefhebbende persoon achter de geboortenaam ontbreken opvallend bij de combinatie Anchcheperoera Semenchkara. Wel krijgt Semenchkara vaak het epitheton ‘Heilig aan Ontstaansvorm’. Semenchkara betekent ‘De ka-ziel van Ra is versterkt’. De eerder regerende vorstin van de 18de dynastie, koningin Hatsjepsoet, was de laatste farao tot dan toe die de uitdrukking ‘De ka-ziel van Ra’ in haar troonnaam had opgenomen.

Graftombe 55: Achnaton of Semenchkara?

Onderzoek uit 2010 door Carsten M. Pusch van de universiteit van Tübingen heeft aangetoond dat de mummie uit DK 55 een man, ouder dan 35 jaar, is geweest. Hierdoor lijkt het hem zeer onwaarschijnlijk dat de mummie een mannelijke Semenchkara is. Hij is van mening dat het de mummie van farao Achnaton is. Lijnrecht tegenover de bevindingen van Pusch staat het onderzoek, ook uit 2010, aan dezelfde mummie door de Tjechische antropoloog Eugen Strouhal. Hij is er van overtuigd dat de mummie een man is geweest die een leeftijd heeft bereikt tussen de 19 en 22 jaar. Hij komt dan ook tot de conclusie dat het de mummie van een jonge koning Semenchkara is.


1 DNA-onderzoek door het National Research Center in Caïro heeft aangetoond dat de overledene vrijwel zeker een zoon van Amenhotep III was en dat hij op zijn beurt de vader was van Toetanchamon. In het onderzoek kwam ook aan het licht dat Teye niet begraven was in graf DK 55, maar in het nabij gelegen graf DK 35, en dat zij de moeder van de overledene was. De leeftijd van de overledene werd aanvankelijk op 20 tot 25 jaar gesteld, maar een CT-scan liet zien dat hij ouderdomsziekten had aan de wervelkolom en osteoporose aan de knieën en dat hij derhalve eerder 40 was dan 25. Het gaat hier dus meest waarschijnlijk om Achnaton (ook wel Amenhotep IV, Echnaton, of Akhenaten genoemd). De resultaten van het DNA-onderzoek werden in februari 2010 gepubliceerd in de Journal of the American Medical Associatio. Dat is 12 jaar na publicatie van het boek dat in de inleiding wordt genoemd.

2 Het graf en de sarcofaag zouden bedoeld zijn geweest voor koningin Teje, gemalin van farao Amenhotep III. In dezelfde ruimte bevonden zich echter ook canopen, die bestemd waren voor Kiya, de bijvrouw van Achnaton.

3 De Koningslijsten van Egypte waren registers op muren, geschreven op papyri of geschreven werken van klassieke auteurs waarop de koningen van Egypte stonden. De algemene opvatting is dat priesters de koningslijsten bijhielden in hun tempels.
Op de koningslijsten stonden geen jaartellingen zoals wij die kennen, maar activiteiten van de koningen, de overstromingen van de Nijl of de jaren die zij regeerden. Voor de Egyptenaren was deze jaarlijks terugkerende overstroming van de Nijl niet alleen van levensbelang, want het bracht bevloeiing en vruchtbare aarde, het werd ook gezien als een godsgeschenk waarvoor de farao (als god op aarde) verantwoordelijk werd gehouden.
Door deze “jaartelling” in combinatie met de koningslijsten is een redelijk nauwkeurige omrekening naar onze jaarrekening te maken. Desondanks zijn er nog veel onzekerheden. De koningslijsten spreken elkaar op veel details tegen, sommige farao’s schijnen overlappende regeerperiodes gehad te hebben, sommige farao’s zijn verzwegen of gewist zoals Achnaton, Hatsjepsoet of de gehate Hyksos.

4 Opgravingen door Arthur Evans, die hij tussen 1900 en 1931 op Kreta deed, hebben er het grootste paleis van de Minoïsche beschaving blootgelegd, als middelpunt van wat de eerste stad van Europa is genoemd. De vroegste bewoning was een neolithisch dorp vanaf ongeveer 7000 v.Chr., maar het hoogtepunt situeerde zich in de bronstijd (van 3000 tot 800 v.Chr.).

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *