Een fundamenteel aspect van de filosofie is de eindeloze cyclus van kritiek leveren op en voortbouwen op elkaars ideeën. Dit wordt al verbeeld in Raphaels “De School van Athene“.
En volgens de Britse filosoof A.N. Whitehead (1861-1947) is de hele Westerse filosofie niet meer dan ‘een serie voetnoten bij Plato‘.
Deze voortdurende herhaling lijkt misschien saai, maar het weerspiegelt de evoluerende aard van de filosofie. In de geschiedenis van de filosofie zijn er inderdaad terugkerende thema’s zoals
- de aard van de realiteit,
- ethiek en
- de mogelijkheid om kennis te verwerven.
Plato, Aristoteles, Descartes, Kant en de existentialisten
Van Plato’s ideale vormen tot Descartes’ scepticisme, filosofen van generatie op generatie hebben deze blijvende vragen op hun eigen manier aangepakt.
Plato’s leerling Aristoteles wijzigde bijvoorbeeld de visie van zijn leraar en pleitte voor een meer empirische benadering van het begrijpen van de wereld, waarmee hij de weg vrijmaakte voor de moderne wetenschap.
Deze trend van het opnieuw evalueren van ideeën uit het verleden vormt de kern van de filosofische ontwikkeling. Zelfs met zulke terugkerende thema’s stagneert de filosofie niet. Elk tijdperk introduceert nieuwe uitdagingen en ontwikkelingen die een herinterpretatie van de oude vragen vereisen.
Tijdens de Verlichting bijvoorbeeld, revolutioneerde Kant de metafysica en ethiek, waarbij hij reageerde op Humes empirisme met zijn eigen kritische filosofie, en debatten over menselijke kennis en vrijheid opnieuw vormgaf.
Op dezelfde manier onderzochten de existentialisten, reagerend op de angsten van het moderne leven, de menselijke vrijheid en betekenis in een wereld die steeds chaotischer leek.
Continue dialoog
We kunnen filosofie dus ook begrijpen als een eeuwenlange, continue dialoog waarin filosofen voortdurend voortbouwen op – of uitdagen van – elkaars ideeën. Dit wordt vaak metaforisch aangeduid als “staan op de schouders van reuzen“, een notie van Sir Isaac Newton. Deze wisselwerking van schrijven en bekritiseren laat zien dat filosofie vaak draait om het herinterpreteren van gevestigde theorieën of het onderzoeken van eeuwenoude vragen in nieuwe contexten, terwijl het eigenlijk fantastisch is dat iedereen theoretisch kan deelnemen aan deze dialoog met de overleden filosofen en zo op zijn minst hun ideeën en concepten weer tot leven kan brengen.
Uiteindelijk is de ontwikkeling van filosofie als een spiraal: hoewel het vaak bekende onderwerpen opnieuw bezoekt, doet het dat vanuit verschillende gezichtspunten, waardoor ons begrip met elke beurt wordt verfijnd en uitgebreid.