Toen ik me, jaren geleden, verdiepte in de geschiedenis van de natuurwetenschappen, haalde ik de prestaties van Leibniz en Gauss steeds door elkaar. Elders op deze site ben ik al ingegaan op die van Leibniz. Hier haal ik Carl Friedrich Gauss voor het voetlicht.
Gottfried Wilhelm Leibniz (1646–1716), was een veelzijdige Duitse wiskundige, filosoof, logicus, natuurkundige, historicus, rechtsgeleerde en diplomaat. En daarmee waarschijnlijk de laatste Homo Universalis.
In een merkwaardige en mysterieuze passage schrijft Johannes in Openbaring 13: “Het beest had iedereen in zijn macht: machtige en gewone mensen, rijke en arme mensen, vrije mensen en slaven. Het dwong iedereen om een merkteken op zijn rechterhand of op zijn voorhoofd te dragen. Alleen mensen die dat merkteken hadden, konden iets kopen of verkopen. Het merkteken was de naam van het beest, of het getal dat zijn naam voorstelt. Dit is verstandig om te doen: reken het getal van het beest uit. Want met het getal wordt een mens bedoeld, en zijn getal is 666.”
Het enige wat de kwantummechanica beweert te verschaffen zijn waarschijnlijkheidsverbindingen tussen opeenvolgende indrukken (ook wel ‘appercepties’ genoemd) van het bewustzijn, en ook al kan de scheidslijn tussen de waarnemer, wiens bewustzijn wordt beïnvloed, en het waargenomen fysieke object worden verlegd naar het een of het ander, maar kan niet worden geëlimineerd. Dit doet denken aan de onzekerheidsrelatie van Heisenberg.
De uitvinding van cijfers is misschien wel de grootste abstractie die de menselijke geest ooit heeft gecreëerd. Vrijwel alles in ons leven is digitaal, numeriek of gekwantificeerd. Het verhaal over hoe en waar we deze cijfers kregen, waar we zo afhankelijk van zijn, is al duizenden jaren gehuld in mist.
Op de middelbare school waren voor mij bij natuurkunde de opdrachten met elektrische schakelingen altijd enorm lastig. Stroomsterkte, spanning en weerstand waren gerelateerd, maar ergens was dat voor mij niet goed te vatten. Ik ga nog eens terug naar de mannen die daar voor het eerst mee worstelden: Ampère, Volta en Ohm.
Ctesibius was waarschijnlijk de eerste ‘directeur’ van het Museum van Alexandrië.
Verder is er heel weinig bekend over zijn leven, maar zijn uitvindingen waren algemeen bekend.
In 1905 publiceerde Einstein, voortbouwend op bestaand experimenteel en theoretisch werk, de speciale relativiteitstheorie. Die theorie combineerde onder meer ruimte en tijd tot één enkele entiteit die hij ruimtetijd noemde.
George Dantzig (1914-2005) was een befaamd wiskundige die vooral bekend stond om zijn ontwikkeling van het simplex-algoritme. Een grote vinding waarmee Dantzig onder wiskundigen nog bekend staat als de ‘vader van het lineair programmeren’. Maar onder niet-wiskundigen is Dantzig vooral bekend om een fout, die hem uiteindelijk beroemd zou maken.
In 1933 in een Tsjechische film was een mooie, jonge Oostenrijkse vrouw gedurende tien minuten naakt te zien, eerst badend in een meertje en daarna door een bos rennend. De film werd in veel landen verboden of op zijn minst zwaar gecensureerd, omdat er een seksscène in voorkwam, overigens fake, waarin vrijwel alleen haar in extase verkerende gezicht was te zien. De film heette Ecstasy en het was de eerste maal dat een vrouwelijk orgasme werd uitgebeeld in een niet-pornografische film. De film werd door paus Pius XI afgekeurd.